De Call of Duty Fanboy

De Call of Duty Fanboy

Optimus Prime en Megatron. Tom en Jerry. Samsung en Apple. Yoda en Darth Vader. Batman en de Joker. Deze duo’s vervagen, betekenen niks en zijn verwaarloosbaar ten opzichte van Call of Duty en Battlefield. Dit is de enige strijd die momenteel van belang is. En niet alleen nu met de komst van de nieuwe uitgaves van beide ontwikkelaars, het is namelijk een strijd die al een aantal jaren woekert. En elk jaar laait het weer op, zo ook op de redactie van Gameparty. De doorgaans vriendelijke en meegaande collega’s veranderen in messcherpe en bikkelharde fanboys van hun geliefde game. Net als ik. Uiteraard van Call of Duty, want dat is gewoon de betere van de twee.

Er zijn al veel artikelen gewijd aan dit onderwerp. Iedereen heeft zijn voorkeur uitgesproken en is met keiharde feiten gekomen, maar het is nog steeds onbeslist. Ik denk dat het uiteindelijk gaat om wat je voorkeur heeft, want het zijn eigenlijk compleet verschillende games. Call of Duty voelt arcade aan en is een snelle, hectische game vol adrenaline. Battlefield kan dat ook zijn, maar voelt wat logger aan en heeft veelal grotere maps. Is Battlefield dan een realistischere game? Ja, misschien wel. Maar dat heeft niets te maken met het plezier van een game en het feit of het een betere game is dan Call of Duty. Ik speel games om even aan de realiteit te ontsnappen, dan wil ik dus geen game spelen die niet van het echt is te onderscheiden. Ik wil juist onmogelijke dingen doen en mij voelen als een bovennatuurlijke Rambo. Ik wil mij direct weer opgejaagd voelen als ik ergens respawn na een death. En ik wil een overwinningskreet uitslaan als ik een payback weet te halen door mijn mes vanaf twintig meter tussen iemand zijn ribben te plaatsen. De enige game die dat voor mij weet te doen is Call of Duty.

Battlefield is een stuk rustiger. Er gebeurt wel een hoop, maar het is vaak allemaal van een dermate groot oppervlak dat je alles op je gemak kan doen. Echt dus iets voor de softies onder ons, natuurlijk zeg ik dat met het grootst mogelijke respect want Battlefield gamers zijn ook gewoon mensen. Mensen met alledaagse problemen waarvan ze weten te ontstressen door een rustig potje Battlefield te doen. Dat zijn van die mensen die een goudvis hebben in plaats van een kat of een hond. Mensen met vetplantjes in het raamkozijn die ze water geven met de verstuiver van een plantenspuit. En vaak ook nog een pianovleugel in de hoek van de kamer hebben staan met bladmuziek van niet Mozart, maar Jan Vayne. Call of Duty-gamers zijn robuuste, ruige mannen. Mannen die ontkennen dat ze problemen hebben, hun maagzweer wegdrinken, baarden laten staan en geen liefde bedrijven, maar seks hebben. Mannen die juist wel een killcam willen hebben om te zien wie hun op welke manier heeft vermoord om zich dusdanig op te pompen en zonder de knipperen genadeloos terugslaan. Call of Duty is als de film Crank, met Jason Statham; stoer en baldadig. Battlefield is als de film Seven, met Kevin Spacey; geeky, maar intelligent.

Heb ik er toch nog een compliment uit weten te persen over Battlefield. Maar alle gekheid op een stokje, ik speel al bijna 15 jaar First Person Shooters. Uiteraard Call of Duty, maar ik heb ook Medal of Honor, enkele Halo games, de Conflict series, Socom en natuurlijk ook Battlefield gespeeld. Ik zal het voor het gemak even niet hebben over Doom, Unreal, Wolfenstein en/of Duke Nukem. Ik durf te zeggen dat ik redelijk wat ervaring heb met deze games. Ondanks dat ben ik niet even goed in elke game. Sterker nog, ik zuig hard in sommige van de voorgenoemde games. Soms bak ik zelfs niks van Call of Duty. Je hebt je goede en je hebt je slechte dagen en dat is hier niet anders in. Mijn K:D ratio in Call of Duty is altijd rond de 1.60, mijn rang is nooit beter geweest dan 125.000ste van de wereld en mijn Accuracy ligt rond de 18%. Ik heb een grote bek, en als ik er niks van bak zal ik er waarschijnlijk een draai aan geven dat ik de nacht ervoor niet goed heb geslapen. Maar ik hou er altijd nog plezier in en dat is toch het belangrijkst, voor elke game.

Over één ding zijn we het eens bij Gameparty; beide games zouden niet zo goed zijn geworden als één van de twee zou ontbreken. Maar goed, een aantal jaar geleden was dit ook zo tussen Call of Duty en Medal of Honor. Je weet wel, dat spelletje dat met de grond gelijk is gemaakt door Call of Duty. Battlefield is simpelweg eenzelfde soort klein snelheidsdrempeltje in de weg naar onoverwinnelijkheid. Iedereen zeurt dat Call of Duty elk jaar hetzelfde is, maar het blijft alsnog dagelijks door miljoenen gamers gespeeld en is alom geliefd. Genoeg gezegd. Lijkt me duidelijk zo.

All-round geek met een gigantische liefde voor Star Wars. Schrijft sinds 2005 over games en is een lopende film/game encyclopedie. Wakker te maken voor een goede game op Xbox Live (Havoc NL) of een bord lasagna. Streamt geregeld via Mixer en praat over films op Letterboxd.