Dirt 5 review

De Dirt reeks is een franchise waar het soms wat bij afwachten is wat je te pakken gaat krijgen. De tweede en derde Dirt’s gingen voluit voor het extreme sports gymkhana sfeertje om met Dirt 4 terug de kaart van serieuze rally te trekken. Alleen heb je ondertussen dus ook de Dirt Rally games die zich op de puristen richten, dus wat doe je dan als ontwikkelaar met deeltje vijf in de reeks? Simpel. Je trekt aan de handrem, maakt een scherpe bocht en trapt het gaspedaal in terug richting meer arcade fun. Het levert de leukste Dirt game in vele jaren op.

Hebben de makers van de game de voorbije jaren goed naar Forza Horizon gekeken? Overduidelijk wel, want van het sfeertje dat de game uitstraalt tot de feel van het racen heeft Dirt 5 best wel wat weg van een offroad variant op de Horizon games. Is dat iets waar je kritiek op kunt hebben? Nou, in elk geval niet als je het wel hebt voor dit soort speelse arcade racers. Horizon bewees al meermaals dat het een concept is dat werkt, en Dirt 5 neemt het en weet het eigen te maken. Concreet betekent de nieuwe aanpak voor Dirt 5 dat de game gepresenteerd wordt als een off-road racing festival inclusief podcast presentatoren die de boel aan elkaar lullen en een sterke soundtrack. Dit is een game die je nog voor je in het menu komt in een race dropt en de kaarten op tafel legt. Het is een festival, het is fun en het besturingssysteem is lekker vergevingsgezind. Het is een dag en nacht verschil met de vorige game in de reeks.

Ik ga eerlijk zijn, ik ben hier blij mee. Ik heb tonnen respect voor racers als Dirt 4 die gaan voor realisme en skill, maar ik ben meer het meisje dat gewoon de gas wil indrukken en karren. Ik ben meer Need for Speed dan Project Cars, meer Forza Horizon dan Motorsport en dus ook meer Dirt 5 dan Dirt 4. Ik kan nagenoeg elke racer spelen en daar fun aan beleven, maar als je me vraagt waar mijn voorkeur ligt, dan is het dus echt wel bij onrealistische fun, niet bij waarheidsgetrouwe simulatie. Het helpt Dirt 5 uiteraard immens dat het besturingsmodel zo ontzettend goed is. Dit is een besturing waar je dingen aan kan tweaken, maar die bij default al zo goed zit dat ik er eigenlijk weinig nut in zag. De besturing van de wagens is dus zoals gezegd vergevingsgezind en toegankelijk, maar onder geen geval losjes. Elke individuele wagen laat wel degelijk zijn kracht en gewicht voelen en elke klasse van auto voelt gewoon anders in gebruik. Dat dit uiteraard een off-road game is betekent dat je vaak door de modder en andere glibberige oppervlaktes aan het racen bent waardoor je stevig aan het driften kan gaan in de bochten. Het draagt allemaal bij tot een besturing die in de praktijk gewoon ontzettend leuk aanvoelt.

De uitgebreide carrière, die je trouwens volledig in splitscreen co-op kunt spelen, is onderverdeeld in hoofdstukken die gevuld zijn met events. Je hebt je traditionele off-road races op modderige circuits, je hebt uitgebreide races waar je van punt a naar b moet karren over vaak erg ruig terrein, je hebt de terugkeer van de Gymkhana arena waar je gekke trics mag uithalen. Het is allemaal uiteraard niet nieuw, we hebben dit al eerder gezien, maar de uitwerking is zo consistent goed dat het zelden zo leuk was om te spelen. Als er dan toch dingen zijn die je echt niet tof vind om doen, zoals bvb de Gymkhana, dan kan je de events die je niet lust gewoon skippen dankzij het flexibele progressiesysteem van de carrière. Dat gezegd hebbende is het echter niet iets dat ik aanraad, omdat de game je constant beloond met geld voor events die je gehaald hebt. Gewonnen geld kun je uiteraard besteden aan nieuwe wagens en cosmetische items. Wow…een game die je effectief beloond om gewoon te spelen en je niet naar een storefront probeert te leiden, hoe verfrissend ouderwets.

Ik ga meestal niet al te diep in op de presentatie van een game omdat anno 2020 er nu eenmaal een zekere standaard is op vlak van graphics. In het geval van Dirt 5 is echter de presentatie een belangrijk onderdeel van het pakket omdat de game zichzelf presenteert als een event. Dat betekent dus dat de stijl behoorlijk flashy is, met stevige muziek en commentaar van Nolan North en Troy Baker (wie anders?) en dat de kleuren lekker fel en uitgesproken zijn. Ook de effecten van het weer en water en modder maken een erg sterke indruk. Dirt 5 is duidelijk een game met veel bewegende deeltjes onder de motorkap en dat komt uiteraard met een prijs. De framerate op de gewone consoles dipt gelukkig nooit, maar al dat audiovisueel geweld komt wel met een prijs en dat zijn veelvuldige, lange laadtijden. De game is gewoon veel te leuk om dat niet waard te zijn, maar ik weet ook dat ik mijn carrière gewoon ga herstarten en opnieuw spelen op één van de nieuwe consoles de komende weken. Nog mooiere visuals en nauwelijks laadtijden? Meer redenen heb ik in elk geval niet nodig om het uit te willen spelen op nextgen.

UIteraard stopt de game niet bij de uitgebreide career mode. Je hebt ook nog Arcade waar je gewoon losse events of time trials kunt doen. Er is uiteraard ook een online luik waar er zelfs een party mode in zit waar je casual spelletjes zoals Vampire kunt doen wat eigenlijk gewoon neer komt op tikkertje met auto’s. Tenslotte is er ook nog een heuse level editor waar je in een arena races of geschifte stunt evenementjes kunt ontwerpen en uiteraard delen met de rest van de community. Het kloppende hart van de game is dus wel degelijk de carrière, maar ook naast die mode valt er heel wat plezier te halen uit Dirt 5.

Dirt 5 laat de reeks terug richting arcade driften, en doet dat met stijl en aplomb. Dirt 5 is een gevarieerde steengoede off-road racer geworden die met de festival-achtige presentatie zowel op als naast de track fun uitstraalt.

Good

  • Een ongelooflijk uitgebreide sterke racer die volledig de funkaart trekt

Bad

  • Laadtijden op base consoles zijn te lang en te frequent
9

Geweldig

Iedere gamesite heeft die ene toffe, lieve meid nodig die te porren valt voor de schattige platformgames. Hier bij GameParty moeten we het echter nog steeds met Eefje stellen. Een inktzwart gevoel voor humor, ietwat van een grote bek en een voorliefde voor de meest gewelddadige games die je kan bedenken. Dat is Eefje in een notendop.