Call of Duty: Modern Warfare review

Eefje zet haar boots on the ground in de viscerale nachtmerrie van Call of Duty: Modern Warfare

Hoewel Call of Duty al indruk maakte bij het debuut in 2003, was het toch pas bij Modern Warfare dat de reeks de wereld in vuur en vlam zette. De game die fungeerde als een soort reboot van de reeks leverde de solide basis waar ruim een decennium op werd verder gebouwd. Dat de makers nu anno 2019 opnieuw met de naam Modern Warfare op de proppen komt is dan ook tekenend voor de intenties die Infinity Ward heeft. Na jaren van kritiek op de geijkte formule, de verouderde engine en tegenvallende verkoopcijfers is het tijd om Call of Duty opnieuw van een kleine heropstart te voorzien, eentje die de shooter terug op de kaart der relevantie moet zetten en klaarstomen voor de nieuwe generatie consoles. Of het team daar in geslaagd is lees je uiteraard in de review.

Dat Infinity War enkele stevige beloftes heeft gemaakt in de aanloop naar de release van Modern Warfare mag duidelijk zijn. De game fungeert enerzijds als een soort reboot van het merk Call of Duty, maar mag tegelijk ook niet te ver afwijken van wat de fans verwachten van de titel. Het moet een donkere, rauwere campaign bevatten die geïnspireerd is door de erg actuele war on terror, maar het mag nooit te gratuit aan gaan voelen. Dat alles draaiende op een gloednieuwe engine die de brug legt richting de nieuwe consoles. Het zijn stevige beloftes, maar tijdens het gamen komen die allemaal netjes samen en kom je tot het besef dat ze het verdomme nog hebben klaargespeeld ook.




Laat me maar gewoon meteen met de deur in huis vallen met de multiplayer, het is nu eenmaal standaard het eerste wat ik opstart als ik een nieuwe Call of Duty in handen krijg en daar ben ik vast niet de enige in. Natuurlijk is het idioot om al een erg uitgebreid oordeel over de online modes te vellen na een paar dagen gamen, maar als ik afga op mijn eerste indrukken zit het goed met le nouveau Call of Duty. Je voelt meteen dat Infinity Ward de multi terug van de grond af heeft opgebouwd, zonder uit het oog te verliezen wat Call of Duty al die jaren zo populair gemaakt heeft. Dat betekent dat de game in standaard modes als Team Deathmatch of Domination meteen vertrouwd aanvoelt in de zin dat het kill or be killed is en je op bevredigende wijze XP en killstreaks verdient, als je het uiteraard niet te druk hebt met zelf om de haverklap doorzeefd te worden. Het IS Call of Duty en het speelt nog steeds vlot, je gaat dood maar respawned gewoon binnen de drie seconden. Aan die pijler werd dus niet geraakt. Wat echter wel meteen opvalt is hoe veel trager en tactischer de eigenlijke gameplay zelf voelt, iets waar ik behoorlijk wat moeite mee had in het begin. Ik ben nu eenmaal het run and gun type dat met haar SMG in de hand vrolijk over de map dartelt op zoek naar kills. Laat me zeggen dat ik niet bepaald veel pret beleefde aan de eerste potjes Modern Warfare die vooral een lesje in nederigheid bleken toen ik steeds afgeknald werd door mannetjes die ik nooit had gezien. En toen viel dus het kwartje. Elke map die ik tot dusver gespeeld heb is stukken labyrintischer van opzet dan ik gewoon ben van deze reeks en zit tsjokvol plekjes om je te verstoppen of achter te schuilen. Uiteraard is dit uitnodigend spul voor campers die wat graag de hele match op hun favoriete plekje gehurkt blijven doorbrengen, maar gevoelsmatig lijkt het een minder groot probleem te vormen dan in vorige Call of Duty’s. Dat zit hem namelijk in de ingewikkelde structuur van de maps met de vele gangetjes en mogelijkheden om te navigeren. Er zijn gewoon veel minder voor de hand liggende plekken waar iedereen passeert en waar campers handig gebruik van kunnen maken, dus als je veel kills wil maken moet je echt gaan reizen over de map en niet lullig op één plekje je tent opzetten.

Het trage tempo voegt ook toe aan de sfeer van de multi, omdat vuurwapens echt wel een zwaar kaliber hebben en een stevige punch hebben, zodat vuurgevechten erg snel beslecht kunnen worden. Dat zorgt ervoor dat zelfs ik gebukt van cover naar cover beweeg en mijn hoeken in het oog houd en af en toe de moeite neem om de situatie te bekijken voor ik klakkeloos in open gebied ga rennen. De game heeft me dus duidelijk gedwongen om mijn speelstijl te herbekijken, en dat ik er nog plezier aan beleef ook is tekenend voor hoe sterk de kern van de multiplayer in elkaar zit. Wat de beleving uiteraard enorm helpt is de presentatie van de game. Je kunt er gewoon niet omheen dat de nieuwe engine spectaculaire dingen doet die ook in multi overduidelijk vruchten afwerpen. Maps zoals Picadilly maken visueel indruk met hun vele details en alleen al het begin van een match waarin je via helikopter wordt gedropt zet meteen de toon. Koppel dat soort dingen met overdonderend realistische audio voor de guns, en het feit dat je tijdens matches meer hebt aan het geluid van geweervuur in de omgeving dan aan je radar om te weten waar de gevechten gebeuren, en je krijgt een multiplayer die je constant op het puntje van je stoel houd.




Uiteraard heb ik tot nu toe enkel het oppervlak van Modern Warfare afgeschraapt, maar of het nu gaat over de meer traditionele modes, of de 2 vs 2 gunfight games op kleine maps, of de indrukwekkend grote Ground War waar je het met honderd spelers moet doen en waar voertuigen als helikopters in de chaos gegooid worden, allen hebben ze diezelfde feel gemeen. Het arcade-gevoel van de voorbije Call of Duty’s is verdwenen en heeft plaats gemaakt voor een digitale weergave van stedelijke oorlogsvoering, waar het checken van de hoeken van de kamer en het gebruiken van cover minstens even belangrijk is als de kracht van je gun en je mik-kunsten.

Naast de spannende player vs player multiplayer maakt ook co-op opnieuw haar opwachting in de vorm van Special Operations. Deze vier Spec-ops missies bieden een verhaallijn die los staat van de campaign en die hun eigen cutscenes en easter eggs voor de fans bevatten, en…zijn fucking moeilijk. Daar waar de campaign als vanouds een lineaire gebeurtenis is, doe je het in Spec-ops met je kompanen in een soort van sandbox waar je langs alle kanten aangevallen wordt door spawnend gespuis. Het is een bikkelharde mode die ik je niet aanraad om te spelen via matchmaking, want met cowboys of kippen zonder kop red je het geenszins. Dit is een mode die je speelt met vrienden, en met een headset op je kop, want enkel dan maak je een kans. Ondanks die stevige moeilijkheidsgraad moet je echter niet nalaten om Spec Ops te spelen want een missie waarbij je jezelf een weg richting een vliegtuig moet banen om vervolgens in de lucht een stevig vuurgevecht te houden en tenslotte richting veiligheid te parachuteren is Call of Duty op zijn meest Call of Duty’s.

En dan is er uiteraard de campaign die geboren is vanuit het idee:Wat als Modern Warfare in 2019 gemaakt zou zijn en niet in 2007? Daar waar de game uit 2007 gemaakt werd in de nadagen van de invasie in Irak en de angst voor een schurkenstaat met nucleaire wapens nog een heet hangijzer was, verschuift de angstige focus in 2019 nu naar de war on terror. Toen Infinity Ward zei een campaign te leveren die van de hedendaagse krantenkoppen gerukt zou lijken te zijn waren ze in elk geval niet aan het jokken, want Modern Warfare opteert daadwerkelijk voor angstaanjagend realisme. Er zijn missies die overtuigend parallellen trekken met de raid op Bin Laden’s compound in Pakistan, of de raid op Amerikanen in Benghazi. Infinity Ward heeft zelfs zo accuraat de vingers aan de pols dat zelfs het in de steek laten van de Koerden door de Amerikaanse troepen in Syrië echo’s heeft in de verhaallijn van dit Modern Warfare. Ondanks de duidelijke gelijkenissen is het uiteraard niet zo dat Modern Warfare gewoon wat real life events kopieert, de game fungeert in zijn eigen universum met personages als Captain Price en ontweeft een eigen verschrikkelijk narratief. Dat die herinneringen oproepen aan gebeurtenissen op ons eigen wereldtoneel bezorgt het gewoon extra realisme en een tragische kant.




Modern Warfare is ook een game die je aan het denken wil zetten. Het is makkelijk om vanuit je luie zetel naar nieuwsuitzending van de andere kant van de wereld te kijken en te verzuchten over hoe jammer alles wel is, maar hoe zou jij zelf als mens er mee omgaan als je veiligheid plots niet meer een garantie is? Wat als de veilige cocon van de samenleving om je heen zou afbrokkelen? Ook in de effectieve gameplay merk je dat Infinity Ward je wil uitdagen. Uiteraard speelt het nog steeds als een lineaire shooter, zij het ook hier een stuk trager qua tempo, alleen een stuk minder heroïsch dan je gewoon bent. De game heeft geen van die setpieces waar de helden onwaarschijnlijke toeren uithalen om de boel te redden, er is geen America fuck yeah toontje, maar eerder de sombere vaststelling dat er in oorlog enkel verliezers zijn. Het ligt mijlen verwijderd van de Michael Bay achtige blockbusters waar de reeks vroeger op leek en leunt dichter aan bij dingen als Zero Dark Thirty. Oorlog is kut, en dat wil de game je laten voelen. In dat opzicht is het dan ook passend dat het spel je tijdens het spelen kleine keuzes geeft die grote gevolgen kunnen hebben. Wanneer een bange man plots van achter een auto komt gesprongen heb je een ogenblik de tijd om een beslissing te nemen.schieten of niet. Is het gewoon een burger die doodsangsten heeft doorgemaakt, of is het een terrorist die alsof doet en zodra hij dicht genoeg gekomen is zichzelf en heel mijn squad opblaast? Wat als ik de verkeerde keuze maak? Ik wil geen onschuldige mensen afknallen. Dat soort kleine en grote momenten zijn bedoeld om voor jezelf uit te maken waar jij de lijn trekt, wat jij zou doen voor de veiligheid van jezelf of die van anderen. Soms ligt dat er een tikje te dik op, en af en toe merk je dat de makers te hard hun best doen om je te shockeren, maar dat een game in 2019 de kracht heeft om af en toe eens in je kopje te rommelen is toch een hele prestatie. Het is een ervaring bedoeld om je bij je nekvel te grabbelen en pas na een uurtje of zes terug los te laten, en doet dat zonder helden, spectaculaire setpieces of videogame collectibles.

Modern Warfare is een Call of Duty klaargestoomd voor de nieuwe generatie en verblijd niet alleen met een sterk herwerkte multiplayer die de kracht van de reeks niet uit het oog verliest, maar ook met een indrukwekkende campaign die de gemaakte beloftes moeiteloos inlost. Als dit de toekomst is voor Call of Duty als reeks, dan ziet die er rooskleurig uit.

Good

  • Sterk herwerkte multiplayer die de essentie van de voorgangers niet vergeet
  • Indrukwekkende campaign die je soms naar de keel durft te grijpen
  • Audiovisueel een game die klaar lijkt voor de nextgen

Bad

  • Spec-Ops is een harde noot die enkel voor gamers met skill te kraken valt
  • De campaign probeert soms net te gretig te shockeren
9

Geweldig

Iedere gamesite heeft die ene toffe, lieve meid nodig die te porren valt voor de schattige platformgames. Hier bij GameParty moeten we het echter nog steeds met Eefje stellen. Een inktzwart gevoel voor humor, ietwat van een grote bek en een voorliefde voor de meest gewelddadige games die je kan bedenken. Dat is Eefje in een notendop.